Column De Buitenstaander

Column De Buitenstaander

Column De BuitenstaanderRocco Ostermann

Opinie

Mijn eerste zangleraar Heinz

Ik heb er al vaker over geschreven, zingen, maar daarover vertellen is eigenlijk nooit genoeg.

Toen ik kind was, had ik een buurman, genaamd Heinz. Heinz zag er uit als de goedlachse broer van de vader van Pipi Langkous. Een grote vriendelijke reus met een bassige stem die net zo overheerlijk zoemde als een korf vol met bijen, alleen dan wél zo laag als die van een meer dan uitstekend in zijn vel zittende beer, die diezelfde bijenkorf aan het leegslurpen is.

‘s Avonds wanneer ik in mijn bedje lag, dan was het bij de buren op een mooie zomeravond in de prins hendrikstraat vaak nog heel lang gezellig en Heinz zong dan regelmatig liederen. Ik geloof dat hij er soms zelfs bij tokkelde.

Ik kan me niet meer exact herinneren wat Heinz allemaal zong, maar het klonk als een Heino (die wis en waarachtig een goede stem heeft) van tweehonderdvijftig pond, die fier en met vaste benen achter het stuurwiel van een driemaster stond en zeemansliedjes voor de sterren, waarop hij koerste, aan het zingen was. Die stem waaide ook mijn slaapkamertje naar binnen en Heinz nam me door zijn liedjes mee op reis. Heinz zong me naar schateilanden, richting hoge witte sneeuwtoppen of naar de vlaktes van Argentijns Patagonië, die ik op een stoffig paard doorkruiste, terwijl hij zong: ‘Caramba caracho, ein Whiskey, caramba caracho, ein Gin.’
De maan wekte me met haar witte licht en Heinz zong me dan weer in slaap. Hij wist het niet.
Ik wil maar zeggen, fijne stemmen zijn mooi, maar als ze gaan zingen, kan het nog zoveel meer zijn.
Heinz was eigenlijk mijn eerste zangleraar en ook daar had hij geen weet van.
Wie, hoe en met wat, inspireer jij je omgeving?, vraag ik me regelmatig af. Zeker als er kinderen in de buurt zijn. Ik vind dat je dan op je best zou moeten zijn.
Alles wat die kinderen dan leren dringt tot in de diepste vezeltjes van hun lijfjes door en blijft daar ook voor een leven lang gelukzalig zitten. Kijk maar naar wat Heinz bij mij heeft gedaan.

Op een dag had ik een hele pijnlijke oorontsteking en Heinz bracht me in zijn zilvergrijs kleurige Alfa Romeo naar de dokter. Van der Hoeden heette hij. Een vriendelijke dokter, maar jeetje, ik was bang joh. Het zou worden doorgestoken met een naald, was me wel eens verteld.
Ik kon ook zo goed als niets meer horen.
De normaliter geruststellende stem van mij ma, bereikte mijn bonkende bange hartje amper en ze klonk als een intergalactische mug, zover weg.
Heinz echter, met zijn sonore stem kwam er gek genoeg wel ietwat doorheen en hij stelde me enigszins op mijn gemak.

Heinz is helaas een paar jaar geleden overleden en ik heb hem nooit kunnen bedanken. ‘t Kwam er niet van, je leeft een andere kant op en je vergeet ook wel eens wat.
Ik vermoed dat hij ook heel verbaasd zou hebben gekeken wanneer ik hem dit ooit verteld zou hebben.
Maar misschien had hij me ook wel een knipoogje geschonken. Een knipoog van understanding.
Nu ik hier zo zit te schrijven, denk ik stiekem, hoop ik, dat hij nu tezamen met Elvis in een gospelkoor aan het zingen is.

Danke Schön Heinz. Ik zal je nooit vergeten.