Oorlogsgraven op Berkenhove, met daarbij de bordjes en een bloem van klei. Foto: Louis Veldhuis
Oorlogsgraven op Berkenhove, met daarbij de bordjes en een bloem van klei. Foto: Louis Veldhuis

Aandacht voor oorlogsgraven

AALTEN - Vorig jaar zijn in het kader van 75 jaar Vrijheid de graven van oorlogsslachtoffers geprepareerd en zichtbaar gemaakt op de verschillende begraafplaatsen in Aalten en Bredevoort. Tevens zijn er panelen geplaatst bij de ingangen van de begraafplaatsen, waarop de namen vermeld worden van oorlogsslachtoffers in relatie tot de gemeente Aalten. Op de Joods-Israëlitische begraafplaats aan de Haartsestraat staat een paneel waarop de Joodse slachtoffers worden vermeld. Velen hebben van de gelegenheid gebruik gemaakt om de oorlogsgraven te bezoeken.

Ook dit jaar is er de mogelijkheid een bezoek aan de graven van oorlogsslachtoffers te brengen. Deze bevinden zich op de volgende begraafplaatsen: in Aalten: Berkenhove, oude gedeelte en R.K. begraafplaats, nieuwe gedeelte; Oude algemene begraafplaats Varsseveldsestraatweg; Oude R.K. begraafplaats Piet Heinstraat en in Bredevoort: Oude algemene begraafplaats Mauritsstraat en oude R.K. begraafplaats Bolwerkweg.
De oorlogsgraven zijn te herkennen aan een bordje op een paal met daarop de naam van het slachtoffer, de geboortedatum en de datum van overlijden. Daarnaast de vermelding waarbij het slachtoffer is omgekomen.
Voor elk slachtoffer is op het graf een bloem van klei geplaatst. De mogelijkheid bestaat om een waxinelichtje in de bloemkelk te leggen.
Deze bloemen zijn vervaardigd door cliënten van Estinea, werkzaam op het werk- en activiteitencentrum De Hoven in Aalten.
De graven zijn het hele jaar door te bezoeken met inachtneming van de geldende regels op de begraafplaatsen.
Voor beschrijvingen van de oorlogsslachtoffers en de gebeurtenissen waarin zij het leven lieten kan men terecht op de website van het Nationaal Onderduikmuseum. www.nationaalonderduikmuseum.nl onder het balkje 'zien en doen'.

Op Berkenhove zijn bijvoorbeeld vijf Aaltense slachtoffers begraven, die omkwamen nabij Gendringen. Het gaat om D.W. Hoitink (18 januari 1891 - 21 maart 1945; grafnr. 381), H.J. Brethouwer (30 april 1894 - 21 maart 1945; grafnr. 383), J.G. Wikkerink (1 februari 1900 - 21 maart 1945; grafnr. 384), J.B.A. Hoornenborg (4 augustus 1898 - 21 maart 1945; grafnr. 385) en C.M. Baan (14 februari 1921 - 24 maart 1945; grafnr. 388). Vanaf oktober 1944 worden steeds meer mannen in de Achterhoek en dus ook in Aalten gedwongen graafwerkzaamheden te verrichten ten behoeve van Duitse stellingen in onder meer Zevenaar, Gendringen en Megchelen. Wanneer de opkomst voor deze dwangarbeid te laag is, worden vooraanstaande inwoners gegijzeld en dreigt men hen dood te schieten. Dit dreigement wordt verscheidene malen herhaald. Vele mannen komen voor een moreel dilemma te staan. De kerken doen een dringend beroep op de ingezetenen om hun verantwoordelijkheid te nemen en zich te melden. Velen besluiten uiteindelijk toch gehoor te geven aan de oproep, om de levens van de gijzelaars te sparen. Wanneer in maart 1945 het front steeds dichterbij komt nemen ook de luchtaanvallen op de stellingen in aanbouw toe. Op 21 maart zijn door de nazi-bouwmaatschappij TODT tewerkgestelden onderweg naar Mechelen om daar graafwerk te verrichten. Als ze bij Varsselder de kerk passeren, verschijnen er vliegtuigen, die een aantal splinterbommen laten vallen. De scherven vliegen in het rond en treffen een groot aantal mensen. Onder de dodelijke slachtoffers zijn ook de genoemde Aaltenaren te betreuren: de zwagers J.B.A. Hoornenborg en J.G. Wikkerink, (beiden 45 jaar), H.J. Brethouwer (52 jaar) en D.W. Hoitink (54 jaar) overlijden ter plekke. De 24-jarige C. Baan overlijdt enkele dagen later aan zijn verwondingen. Willem Papiermolen (dokter in opleiding) krijgt de opdracht om samen met enkele anderen de verminkte lichamen te kisten en naar Aalten te vervoeren.

Kniertje Roeleveld (5 september 1921 - 1 maart 1945; grafnr. 379) ligt ook begraven op Berkenhove. Zij is een dochter van een NSB'er die ook bij de Landwacht actief is. Het gezin Roeleveld woont aan de Rikkertweg. Op een zekere dag is verzetsman Bernard Aversteeg even op bezoek in zijn ouderlijk huis als opeens de Landwacht ten tonele verschijnt. Ze hebben het op hem gemunt. Hij vlucht hals over de kop het huis uit en rent gewapend met een pistool het Broek in. De Landwacht geeft echter niet op en zet verbeten de achtervolging in. Uiteindelijk probeert Bernard zich gedekt te houden in de voren van een omgeploegd stuk land niet ver van het huis waar Roeleveld woont. Als het moet zal hij zijn leven zo duur mogelijk verkopen. Kniertje Roeleveld ziet de benarde situatie waarin Bernard verkeert en wenkt hem binnen te komen. Bernard vertelt: "Mijn gedachte was eerst dat de dochter de Landwacht wilde waarschuwen, maar het wenken was voor mij bedoeld. Wat te doen? Ik besloot het er op te wagen.” Kniertje neemt Bernard mee naar binnen en verstopt hem in haar bed. Ze zegt dat de Landwacht overal zal zoeken, behalve hier in het hol van de leeuw. Zo ontsnapt Bernard aan de Landwacht. Een maand voor de bevrijding overlijdt Kniertje Roeleveld op 23-jarige leeftijd; haar doodsoorzaak is onbekend. Bernard Aversteeg is haar nooit vergeten. Vaak brengt hij een bezoek aan haar graf. Hij zegt dan: "Efkes Kniertje de groeten brengen. Want an heur he-k mien laeven te danken.” Hoewel Kniertje geen oorlogsslachtoffer is, wil men haar bijzondere daad niet verzwijgen.