Joop Wikkerink. Foto: Gemeente Aalten
Joop Wikkerink. Foto: Gemeente Aalten Foto:

Overeenkomst over uittreding gemeente Oude IJsselstreek uit Laborijn

WSW-medewerkers behouden hun huidige werkplek

Door Bernhard Harfsterkamp

AALTEN – Op vrijdag 12 juni stemde het algemeen bestuur van Laborijn, de gezamenlijke sociale dienst van de gemeenten Aalten, Doetinchem en Oude IJsselstreek, in met de overeenkomst over het uittreden van de laatste gemeente. Ongeveer een jaar geleden kondigde Oude IJsselstreek aan uit de gemeenschappelijke regeling te stappen. Aanleiding was een kritisch rapport over de bejegening van de cliënten. Voor de meest kwetsbare groep, de mensen met een indicatie op grond van de Wet Sociale Werkvoorziening (WSW) verandert er niets. Zij behouden hun huidige werkplekken en begeleiders.

Onrust voorkomen
Wethouder Joop Wikkerink is blij dat er voor de WSW-medewerkers weinig verandert. Ze komen weliswaar nu in dienst bij de gemeente Oude IJsselstreek, maar worden daarna gedetacheerd bij Laborijn. “Het is mooi dat deze 180 mensen hun werkgever en werkplekken behouden”, zegt de wethouder. “Het was een onrust veroorzakende actie geworden, als ze onderdeel hadden moeten worden van een nieuwe organisatie.” De WSW-medewerkers uit Oude IJsselstreek werken overal in de Achterhoek, ook in Aalten. De uitvoering van de Participatiewet (de opvolger van de vroegere Wet Werk en Bijstand) gaat de gemeente Oude IJsselstreek wel zelf uitvoeren. “Zij denken dat ze die wet beter zelf kunnen uitvoeren.”

'Jammer dat we niet samen verder gaan'
Toen de buurgemeente vorig jaar het besluit over het uittreden uit Laborijn bekend maakte, was Wikkerink boos. “Ik ben het er niet mee eens dat deze gemeente de Participatiewet zelf beter kan uitvoeren. Ik was vooral ook boos omdat zij het rapport gebruikten om met Laborijn te stoppen.” Volgens de wethouder had de ontevredenheid, die er al langer was, ook te maken met de uitstroom naar werk. Die werd te laag gevonden. Oude IJsselstreek overviel de gemeenten Aalten en Doetinchem ook met het besluit. “Hadden we er maar over gepraat en geprobeerd gezamenlijk een oplossing te zoeken. Ik wens ze succes, maar vind het nog steeds jammer dat we niet samen verder gaan.” De schade die ontstaat als gevolg van het uittreden van de gemeente Oude IJsselstreek is berekend op ruim vijf miljoen euro. Als gevolg van de uittreding worden 6,9 formatieplekken bij Laborijn overbodig. Deze medewerkers komen zoveel mogelijk in dienst bij Oude IJsselstreek. De schade die door Oude IJsselstreek vergoed moet worden kan hierdoor ruim één miljoen lager uitvallen.

Geen klachten meer
Na het kritische rapport over het functioneren van Laborijn is er een verbetertraject ingezet. Volgens wethouder Wikkerink gaat dat goed. “Uit de laatste kwartaalrapportage blijkt dat er geen klachten meer zijn van cliënten. Er zijn nog wel bezwaren over het al dan niet verlenen van een uitkering, maar dat zijn er ook niet veel. Ik ben vooral blij dat er geen klachten meer zijn.” Dat wordt veroorzaakt door een andere werkwijze. Is er een klacht dan wordt dat meteen intern opgepakt. “De bejegening van de cliënten gaat veel beter.” De wethouder is eveneens tevreden over de uitvoering van de participatiewet in de gemeente Aalten. Het aantal mensen dat een beroep op een uitkering deed was gedaald naar 280. “Veel minder kan niet. Ik denk dat 250 de ondergrens is”, zegt Wikkerink. De groep die dan overblijft zal moeilijk een reguliere baan kunnen vinden en is daarom aangewezen op andere mogelijkheden om te participeren met behoud van uitkering, zoals vrijwilligerswerk of werken in het leerwerkcentrum. De wethouder verwacht wel dat door de coronaviruscrisis het aantal mensen dat een beroep moet doen op een uitkering eerst weer zal groeien. “Wij houden voor het eind van het jaar bij het slechtste scenario rekening met 380 tot 400 mensen.”