Suzanne Ruesink en de os Bernd. Foto: Frank Vinkenvleugel
Suzanne Ruesink en de os Bernd. Foto: Frank Vinkenvleugel

Met 'Ode aan de os' voedselverspilling tegengaan

Ook sociale verbindingen creëren tussen 'hoeders' van de ossen

Door Bernhard Harfsterkamp

AALTEN – Suzanne Ruesink van boerderij Westendorp in IJzerlo, bekend van de succesvolle Farm- en Countryfair, is een van de initiatiefnemers van het project 'Ode aan de os'. De ossen worden ondergebracht bij particulieren met een klein stukje grond. Daar wordt de gecastreerde stier verzorgd samen met een 'oppasser'. Hierdoor ontstaan sociale verbindingen en kan eenzaamheid bestreden worden. Burgemeester en wethouders hebben besloten om hiervoor 4000 euro vanuit het Naoberfonds ter beschikking te stellen.

Ongewenst 'bijproduct'
Een andere initiatiefnemer van het ossenproject is Nel Schellekens, bekend geworden met de Gulle Waard in Winterswijk en als 'van-kop-tot-kont-kok'. Dat betekent dat zij alles van een dier verwerkt tot gerechten. Ze gebruikt ook manlijke dieren, zoals haantjes, geitenbokken en jonge stieren, die vaak als ongewenst bijproduct naar de destructor gaan. Gewild zijn hennen, die eieren leggen, en geiten en koeien, die melk geven. Hoogstens een enkele bok en stier mag blijven om voor nageslacht te zorgen. Volgens Schellekens en Ruesink is dit voedselverspilling, want het vlees van de manlijke dieren is ook geschikt voor consumptie. Een gecastreerde stier is pas na twee jaar geschikt om te eten. Zoveel tijd wordt een os doorgaans niet gegund, want dat kost geld.

Overal ossen
Nel Schellekens sprak bij de opening in 2019 van haar culinaire proeftuin in en bij het Keunenhuis in ’t Woold in Winterswijk al enthousiast over het ossenproject. Het leek haar prachtig als overal in de Achterhoek ossen rond zouden lopen in kleine weilanden van particulieren. Ze zorgen ervoor dat het gras kort blijft en licht bemest wordt en maken het landschap aantrekkelijker. Na een 'heerlijk leven' wordt de os dan 'zonder leed' geslacht onder het motto 'd’r is ’n tied van komm’n en d’r is ’n tied van goan'. Al die ossen hebben 'oppassers', die niet perse de eigenaar van het weiland, dat minimaal één hectare groot moet zijn, hoeven te zijn. Zo worden door 'Ode aan de os' allerlei mensen met elkaar in contact gebracht en draagt het bij aan de leefbaarheid van het platteland.

Volgens de bestaande criteria van het Naoberfonds had het project geen bijdrage uit dat fonds kunnen krijgen. Omdat er echter wordt gewerkt aan een nieuw afwegingskader, waarin de aanvraag wel past, wordt er toch een bijdrage gegeven. 'Alle inspanningen zijn er (straks, maar daarop vooruitlopend nu ook al) op gericht om inwoners van onze gemeente te ondersteunen bij hun deelname aan het maatschappelijk verkeer, ondanks enige beperking', wordt in het advies aan B en W geschreven. De 4000 euro is een derde deel van de kosten van het project. Ook de gemeente Lochem draagt 4000 euro bij. Het resterende bedrag komt uit de agrarische sector. De initiatiefnemers verwachten dat er vijftig ossen bij particulieren worden geplaatst.