Martine Letterie vertelt over Fietje Fiedel
Vervolg van de voorpagina
AALTEN - Martine Letterie vertelde over haar boeken en las voor uit 'Verboden te vliegen' in de Aaltense bibliotheek. De lezing werd afgesloten met een opdracht voor de basisschoolleerlingen.
Door Lydia ter Welle
De 60-jarige jeugdboekenschrijfster uit Vorden bleek een echte spraakwaterval, die de kinderen boeide met een verhaal over zichzelf en haar boeken. "Mijn verhalen zijn eigenlijk allemaal 'een beetje waar gebeurd', en ze gaan vaak ook over best wel verdrietige dingen, zoals over de oorlog", zo vertelde ze. Ze zei trots te zijn dat ze voor haar boek 'Kinderen met een ster' een Zilveren Griffel kreeg. Dat boek gaat over het leven van zes joodse kinderen in Kamp Westerbork, gebaseerd op verhalen van mensen die de oorlog meemaakten.
Ook het boek waarover ze vertelde en waaruit ze voorlas aan de kinderen van groep 5 van De Triangel Hoog en van groep 5/6 van het Möllenveld ging over de oorlog. Het heet 'Verboden te vliegen' en gaat over Fietje Fiedel die met haar ouders en tien broers en zusjes in een klein huisje woont, vlakbij de grens met België, in oorlogstijd. Maar wie denkt dat het een 'zwaar' verhaal is, heeft het mis. Letterie heeft er slag van om het verhaal van de oorlog te vertellen op een - ook voor kinderen - begrijpelijke manier.
Soms spannend, soms verdrietig, soms grappig
Soms spannend, als wordt beschreven hoe ruw de Duitsers omspringen met de kinderwagen van het zusje van Fietje. Soms verdrietig, als broer Marius door de Duitsers wordt weggevoerd om voor hen te werken. Maar vooral ook met grappige elementen, zoals wanneer verteld wordt dat 'ons pap' Fiedel de bedden van zijn kinderen - 'die toch allemaal aan de kleine kant zijn' - gewoon een stuk korter maakt, zodat er meer bedden in een kamer passen. Of wanneer eerst verteld wordt dat de familie Fiedel een hok met duiven achterin de tuin heeft. Als dan de duiven aan het woord komen, vertellen die dat zij 'achterin hun tuin een hok met mensen hebben waar we voor zorgen'.
De duiven spelen een grote rol in het verhaal, want duiven kunnen post bezorgen. Ook de duiven van de familie Fiedel, die door Marius en Fietje verzorgd worden en getraind worden als postduif. Fietje slaagt erin een rugzak met brood én met een duif in een doosje af te geven aan haar broer Marius, net voordat hij per trein wordt weggevoerd. Marius gebruikt die duif als postduif, om een briefje naar huis te laten brengen.
"Hoe het allemaal afloopt moeten jullie zelf maar lezen. Ik heb voor beide klassen een exemplaar van het boek bij me. En ik heb ook een opdracht voor jullie: bedenk wat jij in de brief zou schrijven als je Marius was en je een briefje door Charlie, de duif, naar huis zou laten brengen. Uit alle briefjes trek ik er eentje, en wie die brief heeft geschreven, krijgt ook een boek van me", aldus Letterie. Die opdracht bleek best lastig voor de kinderen. Letterie: "Wat denk je dat jouw ouders zouden willen weten, als jij bij hen was weggehaald?" Uit teksten als 'Het gaat goed met me, maak je geen zorgen om mij' bleek dat sommige kinderen dat heel goed begrepen.
De wijze waarop Martine Letterie vertelde, heeft er vast voor gezorgd dat de kinderen in de bibliotheek op zoek gaan naar haar boeken.
