Mia Lelivelt in 2018. Foto: Chris van Houts, Stichting Aletta
Mia Lelivelt in 2018. Foto: Chris van Houts, Stichting Aletta

Bijzondere verzetsvrouw Mia Lelivelt overleden

Algemeen

AALTEN/LICHTENVOORDE - Mia Lelivelt is op 15 oktober in haar woning in Lichtenvoorde overleden, 95 jaar oud. Zij was de laatste vrouw van de pilotenlijn Lichtenvoorde ‘Klein Engeland’. Op foto’s van haar zie je een vrouw met een vriendelijk gezicht en een constante glimlach. Ze heeft haar leven gewijd aan het uitdragen van wat oorlog inhoudt en hoe belangrijk het is je niet te laten intimideren. Mia heeft vorig jaar samen met Heleen Stevenson, de dochter van Heleen Kuipers (tante Riek), de afsluiting van de expositie ‘De vrouw als spil van het verzet’ verzorgd.

Pilotenlijn
Haar verhaal was onderdeel van deze succesvolle expositie in het Nationaal Onderduikmuseum. Daarin vertelt Mia over haar verzetswerk tijdens de Tweede Wereldoorlog. Ze hielp haar vader met verzetswerk voor de ‘pilotenlijn’ en was voor de duvel niet bang. De originele onderduikplek die nog in haar huis aanwezig is, was nagebouwd en toegankelijk in het museum. Deze is onlangs aan de Historische Vereniging Lichtenvoorde overgedragen waar het in de toekomst een permanente plek zal krijgen, zodat het verhaal van Mia en haar vader ook verteld kan worden op de plek zelf. Het is een verhaal over moed en hulp, over verraad en verdriet, maar vooral ook over een leven lang gewijd aan de hulp van anderen.

'Als je ‘ja’ zegt dan kun je niet meer terug'
Mia’s vader Martin Lelivelt was timmerman en had samen met zijn broers een aannemersbedrijf in de Schievegatsdijk in Lichtenvoorde. Al vanaf zijn vroege jeugd hielp hij anderen. Al snel na de Duitse inval in mei 1940 vroeg het verzet hem onderduikers in zijn huis en bij boeren in de omgeving onder te brengen. Het Lichtenvoordse verzet bestond uit een hechte groep mensen die elkaar al lang kenden en die nauwe banden onderhielden met het georganiseerde verzet van de LO (Landelijke Hulp aan Onderduikers). Voordat Martin Lelivelt deze stap maakte, ging hij eerst overleggen met zijn vrouw en dochter. Hij vraagt Mia – dan vijftien jaar oud - hem te helpen maar geeft haar bedenktijd, want: “Als je ‘ja’ zegt dan kun je niet meer terug.” Mia is niet bang aangelegd en ziet het helpen van anderen als haar opdracht. Haar moeder Johanna is zeer bang, dus wordt niet bij het verzetswerk betrokken net zo min als de twee broertjes.

Ingenieuze schuilruimte
Al in 1938 heeft Martin samen met Mia op ingenieuze wijze een onzichtbare extra zolderruimte gemaakt als geheime voorraadkast. In de oorlog haalt haar vader in de vroege ochtend onderduikers op uit de katholieke kerk, nog voor de vroegmis. Mia moet voorzichtig te werk gaan want in het kleine dorp houdt iedereen alles in de gaten en de fanatieke NSB-burgemeester wil zoveel mogelijk Joden oppakken. De familie weet niets van het verzetswerk. Alleen de lokale verzetsleider kent de geheime schuilplaats in huis, waar twee of drie mensen zich kunnen verbergen. Vanaf eind 1942 wordt de schuilkast in huis gebruikt voor neergestorte geallieerde piloten. Mia zet warm badwater klaar en verbrandt de kleren van de vliegeniers achter het huis. Vervolgens kunnen de mannen slapen in een bed met schone lakens. Vaders bruine trouwpak gaat mee met een Fransman die zijn thuishaven bereikt. De Nederlandse onderduikers in huis moet Mia gescheiden houden van de piloten, ze mogen elkaar niet zien. Later in de oorlog schuilen ook joden en verzetsmensen bij hen thuis. Nadat het verzet valse papieren brengt, worden ze begeleid naar Maastricht om zo naar België te ontkomen.

Vader Martin Lelivelt wordt opgepakt
Op 20 april 1944 ’s middags wordt Mia’s vader Martin na verraad thuis opgepakt. Nagenoeg het hele Lichtenvoordse verzet wordt (door het verraad van Willy Markus) opgerold door de Sicherheitsdienst. Mia kan gelukkig nog snel een Engelse en Amerikaanse piloot op zolder verstoppen. De Duitsers ondervragen iedereen en doorzoeken het huis maar vinden de schuilruimte niet. Martin Lelivelt wordt op 25 juli 1944 in Fort Rijnauwen gefusilleerd. Mia zorgt goed voor haar moeder en jongere broertjes zoals ze haar vader beloofd heeft. Ze kan niet studeren, de oorlog heeft een streep door haar toekomstplannen gezet. De RAF-piloot Johnny Remington komt terug naar Nederland om haar hand te vragen. Voor haar weegt de opdracht van haar vader zwaar, dus ze gaat niet met Johnny mee naar Engeland. Johnny bezoekt haar daarna nog vaak.

Alle onderduikers bij Lelivelt overleven de oorlog
Mia onderhoudt ook contacten met de andere onderduikers die - voor zover zij weet - allen de oorlog hebben overleefd. Met hulp van boven, dat weet Mia zeker. ”Onze jongens” noemt zij hen. De mannen keren terug naar Lichtenvoorde vanuit Engeland, Amerika, Australië. Samen met Mia bezoeken ze het monument en de begraafplaats en ook het AVOG’s crash museum in Lievelde. Ook met de nazaten van onderduikers heeft ze contact en ze maakt reizen naar het buitenland op uitnodiging. In 2018 ontvangt ze de dochter en kleinzoon van de Amerikaan die op die fatale 20e april 1944 in de schuilplaats bij haar thuis verstopt zat en niet werd ontdekt.

De boodschap
Mia blijft in het ouderlijk huis wonen tot deze maand oktober. De straat waarop ze uitkijkt en die nu al langer de naam van haar vader draagt, is een straat vol herinneringen. Ze is minder valide, zit in een rolstoel, maar dat heeft geen invloed op haar gemoedstoestand. Om haar heen heeft ze een kring van familieleden, buren, vrienden en buitenlandse vrienden. Ze wordt gedragen door de kracht die ze vindt in de oorsprong van de religie. Haar boodschap voor de jonge vrouwen van nu is: “Probeer te zijn wie je bent. Laat je niet intimideren, laat anderen jou niet vertellen wat je voelt en wilt. Vergeet niet: geluk is niet te koop, het komt vanuit jezelf, van binnen vanuit je hart.”

'Als mijn lichaam jonger en sterker was, zou ik me nu graag inzetten voor de vluchtelingen'

In de afgelopen jaren wordt Mia Lelivelt regelmatiger gevraagd naar haar verzetsverleden. Haar wordt ook de vraag gesteld: “Zou u hetzelfde weer doen?”. Zij antwoordt bevestigend. “Als mijn lichaam jonger en sterker was, zou ik me nu graag inzetten voor de vluchtelingen. Ook vandaag de dag hebben mensen hulp nodig. Ik heb geen spijt dat ik aan het verzet heb deelgenomen. Wie goed doet, goed ontmoet.”

Mia Lelivelt heeft haar lichaam ter beschikking aan de wetenschap gesteld.

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant