Inie Luijmes-Ebbers en Rieky Kraaijenbrink-Ebbers, voor 'hun' Onderduikmuseum. Foto: Karin Stronks
Inie Luijmes-Ebbers en Rieky Kraaijenbrink-Ebbers, voor 'hun' Onderduikmuseum. Foto: Karin Stronks

Tachtigjarige tweeling doet het wat rustiger aan

Algemeen

'Niet omdat we het zin eraf hebben maar we zijn realistisch’

AALTEN – Inie Luijmes-Ebbers en Rieky Kraaijenbrink-Ebbers zijn tachtig jaar, tweeling en allebei doen ze vrijwilligerswerk bij het Nationaal Onderduikmuseum. Kort geleden hebben ze besloten om het wat rustiger aan te gaan doen. Ze zeggen met klem: “Niet omdat we het zin eraf hebben, hoor! We zijn gewoon realistisch, ‘zelf zo wies’, om het stokje deels over te dragen.”

Rieky is in 1990 begonnen in het bestuur van het museum. Ze herinnert zich: “Hans Ligterink, die een paar jaar geleden is overleden, heeft me gevraagd voor het bestuur. Ik heb ja gezegd omdat ik graag iets nuttigs wilde doen. Er waren toen acht bestuursleden. Het was best interessant om mee te mogen praten over allerlei zaken.” Rieky vervolgt: “Vanuit het bestuur zat ik in de textielcommissie en hielp mee met het inrichten van tentoonstellingen. Dat was ontzettend leuk werk, exposities maken over verschillende thema’s, bijvoorbeeld over geboorte en doop. We zorgden ook voor het aannemen van de bruiklenen voor de tentoonstellingen. Later deed ik nog de distributie van De Panne, de uitgave van het museum die twee keer per jaar verschijnt.” Rieky was nog bestuurslid toen de aankoop van de woning naast het museum ter sprake kwam. Ze vertelt: “Dat was een veelbewogen tijd, met voor- en tegenstanders en natuurlijk gingen we niet over één nacht ijs. Een subsidie vanuit de Euregio maakte de aankoop mede mogelijk. En kijk wat het geworden is na vijftien jaar!” Rieky verzorgde ook rondleidingen in het museum en verrichtte baliewerkzaamheden. Ze zegt: “De balie was destijds in de ruimte waar nu het klaslokaaltje is ingericht, het was toen nog een dorpsmuseum. Ja, ik ben al dertig jaar bezig hier!”

Inie is zo’n kleine vijftien jaar vrijwilliger bij het Nationaal Onderduikmuseum. Ze verzorgde in het begin wel rondleidingen, maar deed voornamelijk baliewerk, bezorgt De Panne en verricht allerlei andere kleine werkzaamheden. “Ik ben een keer naar een informatieavond geweest voor vrijwilligers, daarna ben ik begonnen, er waren enkele dingen die afliepen en daardoor had ik wat meer tijd. Naast het werk voor het museum doe ik nog ander vrijwilligerswerk”, vertelt Inie.

Aan de balie hebben Inie en Rieky veel verhalen gehoord en opgetekend. Inie geeft aan: “Dat is zo fijn als je de tijd kunt nemen om met bezoekers te praten. Veel mensen hebben een familielid of kennis die hier in de omgeving ondergedoken heeft gezeten. Het is voorgekomen dat wij de onderduikadressen konden opsporen, zo zijn veel waardevolle contacten gelegd.” Nu hebben Inie en Rieky besloten om het vrijwilligerswerk voor het museum af te bouwen. Inie: “We dachten er al langer over na om te minderen. Door de coronacrisis kwam dat besluit in een stroomversnelling.” Rieky: “In de textielcommissie zijn er prima mensen bijgekomen, en als collega-vrijwilligers vragen hebben over onderduikers of andere zaken van vroeger dan weten ze ons wel te vinden!”

Inie en Rieky kijken terug op een mooie en boeiende tijd in het museum.

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant